Huisarts Edwin Wallaart: ‘Meer Tijd Voor de Patiënt betekent ook meer tijd voor de arts’

HomeActueelHuisarts Edwin Wallaart: ‘Meer Tijd Voor de Patiënt betekent ook meer tijd voor de arts’

In coronatijd ging bij Praktijk Elsbroek in Hillegom het roer al om. Er werd onder meer besloten tot ruimere consulten en variabele spreekuurtijden. Huisarts Edwin Wallaart werkt dus al enkele jaren volgens het concept van Meer Tijd Voor de Patiënt. Rijn en Duin is nieuwsgierig hoe dat bevalt in de praktijk.

Jullie liepen eigenlijk ver op de markt vooruit met jullie maatregelen…
Edwin: “Ik ben al een flinke tijd huisarts en ik zie het zorglandschap enorm veranderen. Patiënten vragen meer tijd. Ze komen zelden met één klacht, het zijn er altijd meer. Daarom moesten we wel veranderen. We besloten onder meer tot ruimere consulten. Als je een enorme druk ervaart in je spreekuur, ben je geneigd om sneller door te verwijzen. Door meer tijd te nemen voor je patiënt, kom je meer te weten en kun je ook over andere zaken praten dan waarvoor ze komen. Daardoor krijg je een betere dokter-patiënt band en dat resulteert in minder verwijzingen. We noemen het meer tijd voor de patiënt, maar het betekent ook meer tijd voor de arts.”

Welke maatregelen hebben jullie genomen?
“We zijn overgestapt naar consulten van vijftien minuten. Daarbij hebben we geïnvesteerd in extra personeel. We hebben onder andere een doktersassistent in opleiding aangenomen. We zijn daardoor beter bereikbaar en hebben meer tijd aan de telefoon. De assistentes kunnen ook meer taken op zich nemen, wat de huisartsen ontlast. Ook hebben we een arts in opleiding in de praktijk, die een deel van het spreekuur op zich neemt.

We werken daarnaast steeds meer met Welzijn op Recept. Sommige problemen horen niet bij de huisarts thuis, er zijn mensen die daar veel beter mee aan de slag kunnen gaan. Er wordt nu onvoldoende gebruik gemaakt van het sociaal domein. Dat is een bewustwordingsproces voor de huisartsen en de POH-S en POH-GGZ. We hebben een folder voor patiënten met een routekaart voor het sociaal domein en de gegevens van het Welzijnskompas, een organisatie die mensen op weg helpt in het sociaal domein. Ook e-mail consults zetten we steeds vaker in. Dat blijken patiënten prettig te vinden, dat ze voor een kleine klacht niet per se naar de praktijk hoeven te komen.”

Hoe verliep de ommezwaai naar deze manier van werken?
“Heel soepel, mede omdat we hebben geïnvesteerd in extra personeel. Omdat we een opleidingspraktijk zijn, lukt het ons om die mensen te vinden. Zo hebben we via MBO Rijnland een doktersassistente aangenomen die één dag naar school gaat en de rest van de week in de praktijk is. Het is door de maatregelen niet rustiger geworden in de praktijk, want meer tijd per patiënt betekent ook dat je minder consulten op een dag doet. Maar ik zou niet meer terug willen naar de oude situatie, ik vind het een prettige manier van werken.”

Blijft het bij deze aanpassingen?
“We blijven innoveren. Om de patiënt mee te nemen in het veranderende zorglandschap, gaan we een informatiescherm ophangen in de wachtkamer waarop we uitleggen waarvoor je wel en waarmee je niet naar de huisarts kunt gaan en waar je dan wel terecht kunt. We denken na over variabele spreekuurtijden, want sommige klachten kunnen ook wel in vijf of tien minuten. We willen daar een deel van het spreekuur voor inrichten. Netto levert dat weer tijd op die je nu kwijt bent door de langere consulten.

We overwegen om op de drukke maandagochtend een huisarts de assistentes te laten ondersteunen. Daar moeten we goed over nadenken, want er is dan ook een arts minder beschikbaar voor het spreekuur. Maar ik denk dat we ook zullen blijven investeren in nieuw personeel, bijvoorbeeld in nog een extra assistente.”

Welke aspecten van MTVP vind jij het meest waardevol?
“Het aanhalen van de samenwerking met het sociale domein. Dat betekent dat je mensen kwijt kunt buiten het medische circuit, gezondheid is meer dan alleen niet ziek zijn. Maar dat is een maatschappelijk bewustwordingsproces van de samenleving. Dat is een traject dat niet alleen de eerste lijn kan organiseren, daar moeten ook andere partners in de keten zich hard voor maken. Ook de gemeenten en de verzekeraars moeten aansluiten om de zorg behapbaar te houden. De verantwoordelijkheden zullen verschuiven en ook op lokaal niveau moet worden samengewerkt. Samenwerken is het sleutelwoord voor de toekomst.”

Heb je tips voor andere praktijken die de overstap willen maken?
“Investeer in de opleiding van assistentes. Dat kost tijd en geld maar het is het echt waard. Het rendeert heel snel. Niet alleen biedt het ruimte, het zorgt ook voor nieuwe energie. Maar ik raad eigenlijk vooral aan om dicht bij jezelf te blijven. Pik de maatregelen eruit die bij je passen en die aansluiten bij jouw praktijk. Zo doen wij bijvoorbeeld geen videoconsults. Misschien komt dat ooit nog, maar het hoeft allemaal niet in één keer. Het is belangrijker om wat je doet, goed te organiseren.”

Gerelateerd nieuws