Carla Juffermans: ‘Er is veel behoefte aan samenwerking rond oncologische zorg’

HomeActueelCarla Juffermans: ‘Er is veel behoefte aan samenwerking rond oncologische zorg’

De samenwerking tussen zorgverleners rond oncologische zorg kan en moet beter. Het vergroten van kennis en bewustwording, maar ook het concreet ontwikkelen van zorgpaden moeten daaraan bijdragen. De nieuwe werkgroep Oncologie van Rijn en Duin maakt zich er sterk voor, vertelt voorzitter Carla Juffermans.

De werkgroep Oncologie ging afgelopen juli van start. Het doel van de werkgroep is het ontwikkelen van een ketenzorgprogramma Oncologie, met twee zorgpaden: de realisatie van netwerkzorg rondom oncologiepatiënten en het palliatieve zorgpad. “Het ene zorgpad is bestemd voor mensen die al genezen zijn, hun behandeling in het ziekenhuis hebben afgerond en niet meer voor controle naar het ziekenhuis hoeven”, licht Juffermans toe. “Een deel zal mogelijk een recidief ontwikkelen en komt in een ander zorgpad. Dat is de groep met patiënten die niet meer beter kunnen worden maar nog wel prima kunnen functioneren.”

De aanleiding voor het oprichten van de werkgroep was een pilot in Voorschoten die zich met name op oncologische nazorg richt. Juffermans: “Bij Rijn en Duin ontstond het idee om dit initiatief voor de hele regio op te zetten en een werkgroep Oncologie te vormen. Mij is gevraagd om daarin iets te betekenen, aangezien palliatieve zorg mijn expertise is.” Juffermans is behalve huisarts in Voorhout onder meer ook arts palliatieve geneeskunde in het LUMC en coördinator van de kaderopleiding Palliatieve zorg bij Amsterdam UMC.

Aandachtspunten voor samenwerking

De eerste maanden van de werkgroep stonden vooral in het teken van inventarisatie. “We hebben wijksamenwerkingsverbanden (WSV’s) bevraagd op het onderwerp oncologie. We kregen veel input, wat we gaan verwerken en opvolgen. Een van de uitkomsten is dat er veel behoefte bestaat aan samenwerking tussen de eerste en tweede lijn. Ik ben dan ook blij dat er een oncologieverpleegkundige van Alrijne in de werkgroep zit.”

Er zijn veel aandachtspunten voor een betere samenwerking tussen zorgverleners, aldus Juffermans. “Een voorbeeld is dat een huisarts niet altijd weet dat een ziekenhuis medicatie heeft voorgeschreven. Dat is natuurlijk niet handig, want de medicatie kan bijvoorbeeld invloed hebben op diabetes. Binnen de eerste lijn vindt de informatieoverdracht deels plaats via VIPLive, maar er moet ook goede en veilige informatie-uitwisseling tussen de eerste en tweede lijn zijn. Waarbij de specialist duidelijk aangeeft waar eerstelijns zorgverleners op moeten letten en wie welke actie onderneemt. Denk bijvoorbeeld aan het opbouwen van conditie voor de fysiotherapeut of het saneren van medicatie in het laatste levensjaar. Of misschien is een patiënt kwetsbaarder dan gedacht en kun je daar door goede informatie-uitwisseling rekening mee houden in de behandeling.”

Multidisciplinaire samenwerking

Ook de financiële randvoorwaarden voor multidisciplinaire oncologische zorg hebben de aandacht van de werkgroep. Juffermans: “Een oncologiefysiotherapeut wordt bijvoorbeeld lang niet altijd via de basisverzekering vergoed. Dat moet geregeld worden, anders gaat het niet werken.”

Het belang van multidisciplinaire samenwerking kan niet genoeg worden benadrukt, vindt Juffermans. “Alle disciplines hebben te maken met oncologische patiënten. Er is veel winst te halen in samenwerking, maar ook in de bekendheid van disciplines zoals een oncologiefysiotherapeut of een oncologiediëtist. Het is heel handig om in WSV-verband te weten bij wie je terecht kunt, niet alleen als zorgverlener maar ook als patiënt, zodat vragen op de juiste plek terechtkomen.”

Kennis in de eerste lijn over oncologische zorg

De werkgroep wil op termijn scholingen en kwaliteitsavonden organiseren. Deze moeten bijdragen aan meer kennis in de eerste lijn over oncologische zorg. “Bewustwording is erg belangrijk”, aldus Juffermans. “Denk aan de mogelijkheid van proactieve zorgplanning, om met patiënten het gesprek aan te gaan over hun toekomst en eventuele behandelingen. Of een gesprek over wensen in de laatste levensfase. Door nieuwe oncologische behandelingen is het ingewikkelder geworden om te bedenken wanneer die fase aanbreekt. Ik ben verbonden aan het hospice in Sassenheim en merk dat mensen soms niet eerder dan daar nadenken over hun wensen in de laatste levensfase.”

Door de vergrijzing neemt het aantal mensen in de palliatieve fase toe. “Ik wil heel graag dat palliatieve zorg op de agenda komt binnen Rijn en Duin”, licht Juffermans haar motivatie toe om de werkgroep Oncologie voor te zitten. “Bij Rijn en Duin zijn meerdere disciplines bij elkaar te brengen. De werkgroep Oncologie is ook multidisciplinair samengesteld, elk lid heeft een eigen netwerk. We gaan met veel energie aan de slag om de samenwerking rond oncologische zorg vorm te geven in de regio.”

Gerelateerd nieuws